Swartvast adviseert bij innovatieve inwinnings- en verwerkingsprocessen van geo-informatie, analyse van data en informatie en de vertaling daarvan naar welgeformuleerde publicaties

Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN): het AHN-2, meer informatie en achtergronden

Overzicht van deze pagina

Andere pagina's over het AHN en laseraltimetrie

Lees ook de volgende gerelateerde informatie:

Aanleiding voor het AHN-2: het AHN-nieuwe-stijl

9 februari en 5 oktober 2009

In 2003 was uiteindelijk de hoogte van het maaiveld van geheel Nederland gemeten met een precisie van ongeveer 15 centimeter, met een dichtheid van één punt per vierkante meter of voor de oudere delen zelfs één punt per zestien vierkante meter. Dit hoogtebestand noemen we nu AHN-1.

Technologische ontwikkelingen maken het inmiddels mogelijk zeer grote gebieden zeer gedetailleerd en precies te meten. Daarmee komt één landelijk bestand binnen bereik, dat zowel voor algemeen gebruik als voor waterkeringbeheer geschikt is. Tot dan toe lieten waterschappen voor waterkeringbeheer, dat aanmerkelijk strengere eisen stelt, vaak nog aparte laseraltimetrie-opdrachten doen.

Rond 2006 werd door aannemers, de bedrijven die met vliegtuigen en helikopters de laseraltimetrie uitvoeren, druk uitgeoefend om tegen relatief lage kosten een gebiedsdekkend hoogtebestand te maken dat aan veel hogere specificaties zou voldoen dan het toenmalige AHN. Hoogtebestanden met deze specificaties werden reeds vervaardigd voor waterkeringbeheer: zie ook de webpagina over de Werkgroep Grootschalige Laseraltimetrie, waarvan Swartvast adviseur is. Daarbij vliegt een helikopter laag over de dijk en meet deze met tot twintig punten per vierkante meter in. Deze techniek zou nu ook geschikt zijn om bijvoorbeeld een heel waterschap in te meten.

De stuurgroep AHN heeft in 2006 besloten een proefproject uit te voeren met Waterschap Zeeuwse Eilanden (WZE). Daarbij zou het hoogtebestand niet langer 1 laserpunt per vierkante meter of zelfs per zestien vierkante meter bevatten, zoals het 'oude' AHN, maar zo'n 10 laserpunten per vierkante meter, met een precisie van 5 centimeter standaardafwijking en 5 centimeter systematisch (zie over deze begrippen de bijlage van het rapport Laseraltimetrie voor waterkeringbeheer op onze website). De hoogtegegevens zouden daarmee geschikt zijn voor waterbeheer én voor waterkeringbeheer (dijken), waarvoor een veel hoger detailniveau nodig is. Voor deze proef is in samenwerking met professor George Vosselman van het ITC en Geodelta een bestek opgesteld en het project is in samenwerking met Waterschap Zeeuwse Eilanden uitgevoerd. De komende jaren wordt geheel Nederland met deze specificaties ingemeten. Deze nieuwe generatie wordt het AHN-2 genoemd.

Vijfjaarlijkse cyclus AHN-2

De komende jaren wordt geheel Nederland met net genoemde specificaties ingemeten. De 26 waterschappen nemen deel volgens een abonnementsstructuur. Elk jaar betaalt een waterschap een bijdrage en eens per vijf jaar wordt het AHN van het betreffende beheergebied geactualiseerd. Er is dus sprake van een vijfjaarlijkse cyclus. Uiteindelijk zal van elke kwart vierkante meter in Nederland de hoogte van niet meer dan vijf jaar oud bekend zijn.

Rijkswaterstaat betaalt overigens jaarlijks de helft van de kosten van het AHN, de gezamenlijke waterschappen de andere helft.

De abonnementsstructuur heeft het voordeel dat waterschappen niet meer elke keer als zij aan de beurt zijn op zoek moeten gaan naar op dat moment noodzakelijke forse financiële middelen. Ook zou het nauwelijks meer noodzakelijk moeten zijn dat waterschappen losse laseraltimetrieopdrachten verstrekken.

Actualisatie en oplevering AHN-2

5 oktober 2009

Zie voor het actualisatieschema de betreffende pagina op de website van het AHN.

De inwinning van de hoogte van het maaiveld met laseraltimetrie dient te geschieden als er geen blad aan de bomen zit en het gras nog laag is. Daardoor is de periode dat gevlogen wordt beperkt tot de periode van eind januari tot 1 april (vanaf 2010 1 december tot 1 april). De vliegbedrijven hebben vervolgens nog enige maanden nodig om de data te verwerken en te zorgen dat de vereiste producten vervaardigd worden en aan de kwaliteitseisen voldoen. Dit laatste wordt minutieus gecontroleerd door de aannemers aan wie de controle is uitbesteed.

Een klein jaar nadat de vluchten zijn uitgevoerd, wordt de data gereedgemaakt voor distributie en verspreiding. Vanaf omstreeks 1 april van het jaar volgend op de inwinning zijn de AHN-2-producten beschikbaar, worden uitgeleverd aan de betreffende waterschappen en kunnen door andere geïnteresseerden worden besteld.

Specificatie op 'eindtermen'

9 februari 2009

Vanwege de betrokkenheid van Swartvast bij de aanbesteding van het AHN in 2009 en de expertise in 2007 en 2008 voor de Werkgroep Grootschalige Laseraltimetrie, hebben wij een goed inzicht in de nieuwe wijze van specificeren, die uit geodetisch èn klantgericht oogpunt heel interessant is. Onderstaande informatie is overigens via de aanbestedingswebsite openbaar. Zie ook de pagina op de website van het AHN (oorspronkelijk geschreven door Swartvast).

Nieuw bij het AHN-2 was een andere wijze van specificeren. Niet langer werd de aannemers precies voorgeschreven aan welke eisen het bestand moest voldoen en hoe zij dit moesten vervaardigen. In lijn met de opmars van innovatieve contracten en innovatieve manieren van aanbesteden bij onder meer Rijkswaterstaat, werden de eindtermen gespecificeerd waaraan het bestand moest voldoen. Deze eindtermen zijn gebaseerd op een inventarisatie van de wensen van de gebruikers van het AHN. De wijze waarop de aannemers deze eindtermen realiseren staat hen vrij. De opdrachtnemer inwinning heeft in zijn offerte zelf een voorstel gedaan op welke wijze deze worden gerealiseerd. Ook voor het leveren en aantonen van kwaliteit ligt een grotere verantwoordelijkheid bij de opdrachtnemer inwinning. De opdrachtnemer inwinning dient zelf aan te tonen dat aan de gestelde eisen wordt voldaan. Ook de aannemers hebben om deze wijze van specificeren gevraagd.

Niet langer maakt de leverancier een bestand met de vereiste en nauwkeurig door de opdrachtgever opgesomde specificaties dat vervolgens door de opdrachtgever minutieus wordt gecontroleerd, maar de leverancier krijgt zelf de verantwoordelijkheid zijn proces dusdanig in te richten dat de eindtermen worden gerealiseerd. Daarbij is het ook de leverancier die moet aantonen dat en op welke wijze de vereiste kwaliteit is gehaald. Door de grotere vrijheid en verantwoordelijkheid van de leverancier vergt dit ook een aanpassing van de werkwijze: de werkwijze wordt minder voorgeschreven door de opdrachtgever en de leverancier moet zo snel mogelijk als hij omstandigheden signaleert die de kwaliteit zouden kunnen beïnvloeden maatregelen treffen om alsnog de kwaliteitseisen te halen en hierover met de opdrachtgever communiceren.

Overigens is deze nieuwe verhouding tussen opdrachtgever en marktpartijen verder doorgezet: ook de controle van de opgeleverde data is uitbesteed aan een marktpartij.

Om enig inzicht in de specificatie op eindtermen te geven, wordt hieronder een deel uit het bestek geciteerd:

Het aan de opdrachtgever te leveren hoogtebestand van het complete projectgebied, dan wel van het complete perceel, dient te voldoen aan de volgende eindtermen:

  • Het bestand bezit een hoogtenauwkeurigheid van niet meer dan vijf centimeter standaardafwijking en niet meer dan vijf centimeter systematische afwijking;
  • Het bestand bezit een zodanige dichtheid, een zodanige verdeling en een zodanige planimetrische nauwkeurigheid dat topografische objecten met een grootte van twee meter x twee meter eenduidig en met een positieafwijking van maximaal 50 centimeter kunnen worden geïdentificeerd;
  • Het bestand is volledig gefilterd zodat het bestand alleen een beschrijving van de hoogte op maaiveldniveau geeft;
  • Het ingewonnen en gefilterde bestand is herbemonsterd naar een equidistant grid met een gridinterval van 50 centimeter.

Over de planimetrische nauwkeurigheid bevat het bestek onder meer de volgende specificaties:

De planimetrische nauwkeurigheid wordt beïnvloed door de puntdichtheid, de puntverdeling en de planimetrische puntprecisie van de individuele laserwaarnemingen. Voor de beschrijving van de planimetrische nauwkeurigheid worden de volgende foutsoorten gebruikt:
¤ systematische fouten;
¤ stochastische fouten.

  • De inschrijver dient zelf te bepalen welke combinatie van puntdichtheid, puntverdeling en planimetrische puntprecisie voor zijn systeem optimaal is om de maximale karteerfout niet groter te laten zijn dan de hiervoor genoemde waarde van 50 centimeter. In zijn offerte dient inschrijver de keuze voor deze combinatie te onderbouwen.
  • De inschrijver geeft in zijn offerte een overzicht van de foutenbronnen en hun bijdrage aan de standaardafwijking van de stochastische fout (σx) en de maximale systematische fout (DX).
  • De opdrachtnemer dient in zijn kwaliteitsrapportages van elke (deel)levering aan te tonen dat de door hem gekozen puntdichtheid, puntverdeling, puntprecisie gehaald zijn en leiden tot de gestelde eindtermen voor de planimetrische nauwkeurigheid.

Lees verder

Bovenaan deze pagina zijn verwijzingen naar pagina's met meer informatie over het AHN te vinden.

Advies en informatie: contact

Swartvast heeft, zoals uit deze en de andere pagina's al blijkt, een ruime ervaring met en een diepgaande kennis van laseraltimetrie en het AHN. Voor advies omtrent het gebruik van laseraltimetrie en het AHN wordt u van harte uitgenodigd contact op te nemen!

Met vriendelijke groeten,
Rens Swart