Swartvast adviseert bij innovatieve inwinnings- en verwerkingsprocessen van geo-informatie, analyse van data en informatie en de vertaling daarvan naar welgeformuleerde publicaties

Artikel Rens Swart in de Viking over de Rover 3500 Vanden Plas

Overzicht van deze pagina

Andere pagina's over de Rover 3500 Vanden Plas (SD1)

Inleiding

5 maart 2011

Op 10 februari 2007 organiseerde de Rover Owners Club Holland (ROCH), waarvan ik lid ben, een zogenoemd 'technisch treffen' bij het in Rover en andere Engelse exoten gespecialiseerde garagebedrijf De Zeemeeuw in Wormer. Ik schreef daarover een artikel in het clubblad De Viking, dat op … verscheen en ik hieronder integraal overneem.

Rover technisch treffen De Zeemeeuw

Rens Swart – 10 februari 2007

Zaterdag 10 februari 2007 was het weer zover: een kans om aan elkaars Rover te snuffelen en technische weetjes te verzamelen. Vanaf een uur of elf tot laat in de middag werden we met een man of vijfentwintig gastvrij ontvangen bij garage De Zeemeeuw in Wormer. Het bestuur van de ROCH had de dag op touw gezet om eens wat aandacht specifiek aan de SD1 te besteden en de garage die hiervan bij uitstek verstand heeft bereid gevonden de deuren te openen.

Vijf Rovers SD1 op een rijtje, dat zie je niet vaak meer

Vijf Rovers SD1 op een rijtje, dat zie je niet vaak meer! Foto © Rens Swart

Ik zal hier geen overzichtsverhaaltje presenteren, want ik heb lang niet alles gezien en gehoord wat er zoal in de verschillende praatclusters aan bod gekomen is. Ik vertel liever wat over mijn eigen indrukken. Ik hoop dat u mij niet euvel duidt dat ik het uitsluitend over de Rover SD1 heb. Ik vind andere Rovers ook best mooi, maar heb nooit anders dan een SD1 gehad en ik hoef ook niet anders.

Ad Broeders en Marcel van Barneveld namen het initiatief om per e-post daags tevoren een deelverzameling van de SD1-eigenaren die zij kenden te mobiliseren. We spraken met zijn vijven af bij een benzinestation een stukje vóór Wormer. Zo zouden we gezamenlijk in colonne het laatste stuk naar De Zeemeeuw afleggen. Ad Broeders was er natuurlijk, met zijn Arum White 2600S waarover hij in de Viking van december 2006 heeft geschreven. Dan was Oscar Bakker er met zijn mooie, niet al te lang geleden uit het buitenland gehaalde Moonraker Blue 3500 Vanden Plas EFI. Ook René Koopman was er met zijn Silver Leaf 3500 Vanden Plas EFI. Allemaal heel mooie auto's. Daarbij vergeleken steekt mijn Vanden Plas ietwat schraaltjes af, maar ja, daar wordt dan ook al jaren dagelijks mee gereden en hij heeft inmiddels 355 Mm (wat vindt je van die eenheid? volstrekt logisch toch?) op de teller.

Marcel was helaas niet met een SD1 maar met een Mini, volgens hem ook een Rover. Toen ik naast hem uitstapte stond ik enige tijd perplex naar de afmetingen van die wagen te kijken … es kijken … die héle Mini is toch … niet zo héél veel langer dan mijn voorportier?

We kwamen tot de conclusie dat er nog een rode Vitesse ontbrak: die van Merijn Stillebroer. Merijn had wat problemen met lekkende koelvloeistof, of misschien was het begrip 'spuiten' beter op zijn plaats. Het duurde enige uren voor Merijn zich bij De Zeemeeuw meldde en daarbij moest ik denken aan het verhaal van Ad dat hij, op weg naar een vorige bijeenkomst van de ROCH, op zeker moment een rode Vitesse doorlopend zijn pad zag kruisen of hem tegemoet zag komen. Dat deed me denken aan het fysische begrip random walk. Niettemin was het vijftal later bij De Zeemeeuw compleet.

Zodra wij met zijn vieren bij elkaar waren in het benzinestation – niet buiten bij de Rovers want er woei een stevige koude Noord-Hollandse wind – begonnen de verhalen over de SD1's, mede gevoed door nieuwsgierigheid naar vehikels en eigenaren die we voor het eerst zagen. Ik ben kennelijk zo'n beetje de enige die nog dagelijks gebruik maakt van zijn SD1. Ik moet ook wel, want het is mijn eerste en enige auto. Mijn vrouw heeft er ook heel wat mee gereden bij haar inventarisatie van monumenten in Nederland (helaas ging dat niet over mobiel erfgoed), maar gaandeweg heeft een zekere gereserveerdheid zich van haar meester gemaakt. Zij verplaatst zich inmiddels dan ook in een totaal ander voertuig, waarvan ik de kleur wel mooi vind. Het punt is natuurlijk … mijn SD1 heeft absoluut een gebruiksaanwijzing. Die ken ik goed en op die manier kan ik me comfortabel en gefascineerd verplaatsen, maar ik zou anderen niet direct aanraden er zo mee weg te rijden.

Vijf Rovers SD1 op een rijtje, dat zie je niet vaak meer

Vijf Rovers SD1 op een rijtje, dat zie je niet vaak meer! De eerste wagen is mijn moonraker blauwe Rover 3500 Vanden Plas automaat. Foto © Rens Swart

Zo hebben, verklaarde ik de aanwezigen, de remmen een gebruiksaanwijzing. Toen Ad enigszins bezorgd vroeg “maar ze doen het wel?!” antwoordde ik “op den duur wel”. Dat was kennelijk geen geruststellend antwoord want ik werd naar een plek veilig achter de overige SD1's verwezen. Of nee, ik moest natuurlijk vóórop rijden, maar op een of andere manier kwam ik toch achter Ad terecht. De hoofdremcilinder doet zijn werk niet helemaal goed en dat is al bijna een jaar zo, maar ik ben niet zo snel in die dingen. Beter gezegd: ik ben een prima denker maar niet zo'n doener, ik zie altijd op tegen die moeilijke dingen. Zo rijdende achter Ad kroop ik wat naderbij om het epistel dat hij in een vlaag van evangelisatiedrang op de achterruit had geplakt te kunnen lezen. Dat was nog een hele klus want de concluderende regel ging jammerlijk schuil achter de ruitenwisser. Dat ik op hem toekroop moet Ad toch enige angst hebben aangejaagd, want op zeker moment vertoonde zijn koers tijdens de achtervolging in Wormer een enorme zijwaartse uitslag. Daarbij vergeleken was de onzekerheid als gevolg van de remmen in mijn voorwaartse koers vertrouwenwekkend.

Bij De Zeemeeuw was het reeds gezellig en dat zou de rest van de dag zo blijven. Jan Fontijn heeft met zijn zoon Michael jan en alleman van advies gediend, terwijl zijn vrouw doorlopend zorgde voor grote hoeveelheden verse koffie. Ze had voor haar comfort zelfs de caravan bij het bedrijf gestald. Zoon Duncan was er ook, maar Bart Fontijn, die je doorgaans aan de telefoon krijgt, was jammer genoeg net op wintersport gegaan. Truus Westland zorgde voor heerlijke broodjes.

Roverliefhebbers bij het technisch treffen bij garage De Zeemeeuw in Wormer

Roverliefhebbers tijdens het technisch treffen bij garage De Zeemeeuw in Wormer. Foto © Rens Swart

Er was geen sprake van een doortimmerd programma met colloquia en workshops, maar met een stel bruggen met hele of halve Rovers erop, een grote hoeveelheid onderdelen en natuurlijk een pak Roverliefhebbers kom je een heel eind. Je blijft maar praten onder die dingen. Ik heb ongetwijfeld lang niet iedereen gesproken en dus ook niet leren kennen en dat is op zich jammer, maar Jan heeft me inmiddels wel uitgelegd hoe de leidingen van de GM180-automaat van de SD1 lopen. Ik zag er namelijk een liggen en nu zat er eens niets een onbelemmerd uitzicht in de weg. Ik zag nu dat de vacuümleiding er aan de achterkant uit komt en waar de afvoer- en de toevoer-olieleiding, die voor de koeling zorgen, zitten. Ik had altijd begrepen dat de bak als de olie te heet wordt deze door een overloopbuisje loost, maar Jan legde uit dat deze bak zo'n buis niet heeft en inderdaad, ik zag hem niet. Ik heb wel eens grote zwarte wolken achter me gezien, toen ik langzaam file reed en mijn voet op de rem hield terwijl ik de bak in drive liet staan. De koppelomvormer zet die wrijving allemaal om in warmte en de kokend hete uitzettende olie zoekt een weg naar buiten en druppelt … precies bovenop een van de uitlaatpijpen. Toen de achterliggers mij op de zwarte wolken en stank opmerkzaam maakten, wist ik aanvankelijk niet wat ik nou weer aan mijn SD1 had hangen. Het zweet brak mij uit (goed dat mijn vrouw niet naast me zat), maar ach … ervaring komt met de jaren. Weer een stukje gebruiksaanwijzing.

Nu kon ik eindelijk eens zien hoe de olieleidingen van de GM180 automatische bak lopen

Nu kon ik eindelijk eens zien hoe de olieleidingen van de GM180 automatische bak lopen. Foto © Rens Swart

Jan Fontijn is dan zo iemand die enthousiast begint te vertellen over keerringetjes die zouden kunnen lekken, want die olie moet toch érgens uit komen? En dat hij die keerringetjes wel eens heeft moeten vervangen en dat als je de bak een beetje naar onder laat komen je het asje van de bediening er net in zijn geheel uit kunt schuiven … wat een kunstenmaker is dat toch. Hij kent elk schroefje en elk keerringetje en natuurlijk ook alles wat niet in de officiële gebruiksaanwijzing staat. Hij heeft overal wel een trucje voor. Zijn kennis en enthousiasme is aanstekelijk, maar aan de andere kant … ik laat het graag aan hem over!

We hebben met Jan ook nog even gebogen gestaan over het motorruim van Oscar's spiksplinterprachtige EFI, omdat daar een klein vervelend tikje hoorbaar was. Nee, dat is niet leuk, zo'n vervelend tikje, want dan is er toch ergens iets niet goed en voor zo'n verder puike auto klemt dat. Maar aan de andere kant … het hoeft van mij toch ook niet té mooi. Ik word niet zenuwachtig van druppels rode of bruine of blauwe vloeistof, want zodra het er niet te hard doorheen gaat is bijvullen een prima recept. Men zegt toch dat je pas een probleem hebt als een Rover niet lekt? Omdat dat namelijk betekent dat er niets in zit?! Naast mijn gastank is er achterin onder de vloer en achter het reservewiel nog net voldoende plaats voor allerhande kannetjes, pannetjes en blikjes. Toen ik zo onder de Vanden Plas van Rob keek, de bekende 3500 die hij met Duncan in de koets van een 2000 heeft overgelepeld en bij De Zeemeeuw op de brug stond, vond ik het er “gezond besmeurd” uit zien.

Enige verwondering wekte hoogstens de roestvaststalen uitlaat, die er zo te zien op maat onder gelast is en er dus ook nooit meer onder vandaan komt. Over uitlaten hebben we het vervolgens natuurlijk ook nog uitgebreid gehad. Ik heb, toen ik inmiddels alle zeven delen van de uitlaat vervangen had, elk seizoen weer een ander, een RVS uitlaat van Rimmer Brothers laten komen om van het gelazer af te zijn. Zonder voorpijpen en al helemáál zonder spruitstukken, terwijl sommigen de vermeende vermogenswinst die daardoor ontstaat juist graag zouden willen hebben. Ik had me alleen niet gerealiseerd dat het Rimmer-systeem zulke patserige afmetingen en een dito geluid had. Ik kreeg een sierlijke eindpijp, veel mooier dan het rechte ding in hun catalogus, en bovendien prachtig gepolijst. Maar 77 millimeter, allemensen?! Dat kun je zowat als schuurtje verhuren! En het hing er zo gruwelijk lelijk onder (ja, ik heb de zaak pas vastgeschroefd na de buizen optimaal verdraaid te hebben). De V8-grom is prachtig, maar niet eh … de héle tijd. En ook niet als je eens vroeg weg moet (vinden de buren). Dus nadat ik er een geluidsopname van gemaakt had (dat dan weer wel), heb ik de eindpijp gedemonteerd en er iets op maat voor laten maken (waarmee hij alsnog duur werd; de eindpijp heb ik gelukkig weten te slijten, want hij is wel prachtig gepolijst maar om hem nu aan de muur te hangen?). Maar uit de gesprekken bleek wel dat velen volstrekt andere keuzen gemaakt zouden hebben. Hoewel het monteren van twee katalysatoren, zoals onder de Kleefse SD1 op de brug bij De Zeemeeuw, bij niemand zou opkomen.

Eén van ROCH-leden die ik eerder ontmoet had, stond nog goed voor de geest dat ik toen met een klein notitieblokje rondliep, waarin ik allerlei gegevens over de waargenomen SD1's opschreef. Ik heb een klein databankje waarin ik bijhoud wat ik tegenkom, altijd leuk om in terug te kijken. Erg publicabel is dat databankje niet, want nu hij helemaal voor mijzelf is, kan ik er ongegeneerd allerlei details over de staat van de auto (of de eigenaar …) in opschrijven.

Vijf Rovers SD1 op een rijtje, dat zie je niet vaak meer

Vijf Rovers SD1 op een rijtje, dat zie je niet vaak meer! Foto © Rens Swart

Uiteindelijk waren er dan tien SD1's bij De Zeemeeuw (ik had me al verontschuldigd dat ik bijna alleen daar maar naar kijk, toch?). De vijf die ik hierboven noemde (Oscar, René, Ad, Merijn en ik), drie in de garage (Rob, de Duitse met katalysatoren en een blauwe waar de motor van op de werkbank stond), ééntje buiten die ik lang geleden eerder gezien had en een SD1 van een late ROCH-bezoeker. Tien SD1's bij elkaar!

Ad Broeders, die in de laatste Viking zijn liefde voor de SD1 nauwelijks onder stoelen of orthopedische schoenen stak, nam dan ook het initiatief om de aanwezige SD1's eens op een rij te zetten. Iedereen die wel eens een excursie heeft georganiseerd weet hoe moeilijk het is om mensen, zelfs gelijkgestemde, te bewegen op hetzelfde moment hetzelfde te doen, namelijk hun gefascineerd gepraat te staken en hun SD1's te starten en in het gelid op te stellen. Hoe dan ook, het lukte Ad en uiteindelijk stonden daar voor een lelijke industriële achtergrond dan vijf meer of minder prachtige SD1's in het gelid. Er werd gefotografeerd dat het een lieve lust was. De laatste keer dat ik zoveel SD1's op een rij gezien heb is in september 2002 in Cothen, toen Marcel van Barneveld, toen nog geheel buiten clubverband, het initiatief nam om SD1's bijeen te brengen.

Het was een gezellige en geslaagde dag. Tot de volgende keer, dan hopelijk met nog meer SD1's!

Met vriendelijke groeten,
Rens Swart